Pagina's

woensdag 30 maart 2016

terugblik LA2

Vanavond, tijdens het afronden van de laatste producten voor dit leerarrangement, ben ik eens terug gaan kijken op de bijeenkomsten van dit LA. Ik heb het eerste college over instructional design van Adriaan nog eens "herleeft". Toen kreeg ik bij dia 1 het gevoel: "wat is dit een stormvloed aan informatie, alles is nieuw, ik herken niets, ik kan er nog geen touw aan vastknopen!". Het was overweldigend, ook het hele LA2 ging in een rap tempo, steeds was een volgende stap aan de beurt terwijl ik voor mijn gevoel nog aan het verwerken was.

Nu 9 LA2 bijeenkomsten later krijg ik een ander gevoel, een gevoel van herkenning: "hé, die fases heb ik doorlopen, die modellen zijn bekend, die stappen heb ik inderdaad gezet". Alle theorie is in dit leerarrangement toch weer tot leven gekomen. Mooi bewustwordingsproces, zo aan het einde, bij het afronden van mijn conceptmap. Nu hem alleen nog even digitaal maken!

PITCH

Binnen het Montessori onderwijs neemt vrijheid een belangrijke plek in binnen het curriculum. In het motto staat: "help mij het zelf te doen, leer mij het zelf te doen, laat mij het zelf doen". Kinderen krijgen de ruimte om zelf tot ontwikkeling te komen en worden gezien als mede-regisseurs van het eigen leerproces.
Voorwaarde om kinderen zich in vrijheid te laten ontwikkelen is het hebben van vertrouwen in het kind en het hebben van een goede kennisbasis over de ontwikkeling van een kind.
In de analyse van het curriculum wordt de vrijheid van de leerling veelvuldig genoemd. De leerling heeft een vrijheid in de keuze van het werk, het tempo, niveau en beweging. De docent heeft een coachende en begeleidende rol. Binnen de leeractiviteiten is de vrije werkkeuze bepalend, er wordt niet gewerkt vanuit een vaste methodiek. Bij de leerdoelen wordt het ontwikkelen van metacognitie en het leren leren naast de cognitieve leerdoelen genoemd.

Binnen Montessorischool de Elzen staat de leerling centraal. Er werken leerkrachten die gespecialiseerd zijn in het werken volgens de Montessori principes. Noodzakelijk bij het leren in vrijheid is een structuur waarin het kind wordt gezien en die hem richting geeft. Deze structuur is de ontwikkelingskans die uitgangspunt gaat vormen voor mijn herontwerp.
In mijn herontwerp neem ik het domein rekenen als uitgangspunt. Om de leerling vrijheid in werkkeuze, niveau en tempo te kunnen bieden hebben we een methodiek ontwikkeld die "Ik-doelen" als uitgangspunt neemt. De leerling krijgt door middel van ik-doelen inzicht in leerstof en leerdoelen en maakt daar een keuze uit. Middels meetmomenten wordt de voortgang van de leerling in beeld gebracht.

Binnen de school zijn een rijkheid aan bronnen voor de leerkracht en materialen voor de leerling aanwezig om tot rekenwiskundige ontwikkeling te komen.
Uit gesprekken met leerkrachten komt naar voren dat deze rijkheid en vrijheid leiden tot de ervaring dat 20% van de structuur rondom het rekenen vastligt en men 80% zelf bepaald. Bij bezoeken aan klassen blijkt de vrijheid en het rekenonderwijs verschillend te worden ingevuld. Het gemis aan duidelijke structuur geeft dat leerkrachten meer behoefte krijgen aan controle en de vrijheid van de leerlingen indammen. De rol van de leerkracht wordt meer sturend en de assessment vorm wordt summatief ingezet.
In mijn doelbepaling breng ik in kaart water nodig is om kinderen in vrijheid (autonoom, zelfgereguleerd) te laten leren en ontwikkelen.
Ik richt me op de kennis, vaardigheden en attitudes van de leerkracht om tot een trapmodel te komen waarin de vrijheid (autonomie en zelfregulatie) ontwikkeld wordt en nadrukkelijker aanwezig is in het primair proces van de leerling.
Om de ontwikkeling van een leerling beter in beeld te brengen heb ik het 4v-model ontwikkeld.
  • Verwerving
  • Verwerking
  • Vervulling
  • Verweving
Deze 4 fases zijn gebaseerd op de ontwikkelingsstappen die het kind neemt binnen de rekenwiskundige ontwikkeling. Iedere fase heeft eigen aspecten die van belang zijn voor een goede ontwikkeling. Kennis van deze aspecten is van groot belang voor de leerkracht die daar zijn begeleiding van de leerling op moet baseren. De invulling van deze aspecten moet voor iedere leerkracht helder en eenduidig zijn. Kennis van deze aspecten geeft helderheid en structuur in het handelen van de leerkracht.

Inzicht in de ontwikkelingsfases geeft ruimte aan andere vormen van assessment naast een summatief meetmoment en helpt de leerkracht zicht te krijgen op de zone van naaste ontwikkeling van de specifieke leerling en het bepalen van de juiste begeleiding voor die leerling.
En dan kan de leerkracht de leerling die begeleiding / coaching gaan geven die het nodig heeft om zich in vrijheid (autonoom en zelfgereguleerd) te ontwikkelen. Daarmee de kans krijgend ook metacognitie op te bouwen en vaardigheden te ontwikkelen die life-long-learning ondersteunen.











 

dinsdag 29 maart 2016

Reflectie ontwerpburo HBO2PO

In deze vlog kijken we samen terug op de samenwerking binnen designbureau HBO2PO! Oke, vloggen, that's something new for me! But, I did it :)




Aanvulling op reflectie/ vlog (4-4-2016)
In het ontwerpbureau hebben we ook teruggekeken naar de persoonlijke rollen binnen het ontwerpbureau? Wat voegde ik toe en wat nam ik mee uit het ontwerpbureau?

Wat schatte ik in als mijn rol bij de formatie van het leerteam?
Ik vond het moeilijk om mijn kernkwaliteiten eenduidig in te schalen, dus ik ging voor een combinatie van;

Kwaliteit: Geduldig - Flexibel - Relativerend
Valkuil: Passief - Wispelturig - Onzichtbaar
Allergie: Drammerig - Star - Opgeblazen
Uitdaging: Daadkrachtig - Ordenend - Overtuigd

Wat hoopte ik? Ik hoopte meer zichtbaar te worden, dat zou ook mooi aansluiten bij mijn werkveld. Daar is mijn feedback: je doet veel, je weet veel maar je gaat te snel en maakt de mensen geen deelgenoot. Je blijft onzichtbaar.
Daarnaast hoopte ik ook winst te boeken op het deel daadkrachtig. Ik ben van nature bedachtzaam. Ik houd opties graag open. Ik deel niet snel en streef te lang naar perfectie. Ik ontwikkel lang door voordat ik anderen bij het proces betrek.

Wat heb ik in mijn reflectie op mijn rol in HBO2PO geschreven?
Ik heb mijn sterke kanten beschreven als:
Geduldig, relativerend, optimistisch : oftewel veerkrachtig!
Mijn uitdaging was daadkrachtig blijven.
In hoeverre was dat zichtbaar? Ik denk dat ik redelijke daadkrachtig ben geweest, veel zaken vlot opgepakt en doorgezet.
In hoeverre waren die helpend / ondersteunend voor anderen / het groepsproces? Ik heb hopelijk goed kunnen ondersteunen. Goed geluisterd naar de ander en niet te snel zaken willen invullen.

Wat kreeg ik terug van mijn mede HBO2PO-ers?
Marc:
Bruikbaar: de rust en het overzicht.
Geholpen: Andere inzichten, de koekjes ;)
Tip: geloof in je kennis!

Denise:
Bruikbaar: Je kon de theorie naar mijn idee steeds helder verwoorden. Daar waar ik even na moest denken kon jij jet omzetten naar een voorbeeld of i.i.g. verhelderen.
Geholpen: Helderheid.

Jochem:
Bruikbaar: Ontwerpwerpkracht vanuit eigen optiek. Bezinning op het proces en product.
Geholpen: #groepsproces ++inning.

Naar mijn mening sluit het aan bij mijn eigen startpunten.
Wat haalde ik uit HBO2PO:
Vooral het tempo, niet alles zelf door ontwikkelen naar je eigen ideaal beeld maar juist steeds weer inzicht geven in waar je staat en daar feedback op vragen. Durven te weten dat het nog niet af is maar dat je open staat voor input, feedback-up-forward. Dat was voor mij echt een leerproces, was heel kwetsbaar maar gaf wel resultaat. Nu de transfer naar de werkplek. Kan ik als kartrekker dit ook? Ga ik daar ook prototypen, feedback-up-forward vragen, mensen eerder deelgenoot maken? Ik hoop van wel, leerteam vergadering 22 maart gaf hiervoor ruimte. Blogbericht "Doorkijkje naar het werkveld " gaf daar mogelijk uiting aan.

Ik kijk terug op een prettige samenwerking met het ontwerpbureau HBO2PO en dank Denise, Jochem en Marc daar hartelijk voor! Het brach mij growth!

4V-Model


Op basis van mijn doelbepaling ben ik een model gaan ontwerpen dat de leerkracht inzicht geeft in de ontwikkelingslijn van de leerling. Deze 4 stappen in de ontwikkelingslijn zijn gebaseerd op modellen als het ijsberg-model van F. Moerlands, handelingsmodel uit ERWD.
Doel van het model is de leerkracht helpen de ontwikkelingsfase van de leerling te bepalen. Uitgangspunt is dat wanneer de leerkracht voldoende kennis heeft, hij voldoende vertrouwen in de ontwikkeling van de leerling kan hebben om deze zich in vrijheid te laten ontwikkelen.
In dit 4v-model kunnen de verschillende rekenactiviteiten waaruit de leerling een keuze kan maken worden ingedeeld naar de plaats in de ontwikkelingslijn.

Verwerven Het kind doet een eerste ervaring op met een rekenkundig of wiskundig principe op. Dit kan door middel van een lesje of instructie, of door middel van het werken met een Montessori materiaal. Deze fase is gericht op begripsvorming.

Verwerken Het kind gaat de eerste ervaring uitbouwen, werkt verder met het materiaal of oefent verder binnen vanuit de les of instructie. Deze fase is gericht op het ontwikkelen van oplossingsprocedures en inzicht.

Vervullen Het kind gaat het geleerde toepassen en verwerken naar het formele rekenen. Deze fase is gericht op het vlot en correct leren toepassen en het ontwikkelen van routines.

Verweven Het kind gaat het geleerde toepassen in een realistisch kader, op een eigen wijze. Deze fase is gericht in het flexibel toepassen van het geleerde.

Op basis van de 4v-model is een breder model ontworpen waarin een leerlijn schoolbreed over de 4 ontwikkelingsniveaus uitgewerkt kan gaan worden. Dit model geeft leerkrachten inzicht in de ontwikkelingslijn van een deelgebied binnen de school en maakt inzichtelijk waar voor de specifieke leerling de zone van naaste ontwikkeling zich bevind. Afhankelijk van e leerling kan de volgende ontwikkelingsstap horizontaal of verticaal georiënteerd zijn.

Doelbepaling "Beleid op het ontwikkelen in vrijheid"


Uitgangspunt: Leer mij het zelf te doen.





Hoger doel: Het begeleiden van kinderen in het groeien naar sociale, kritische en verantwoordelijke mensen die een zelfstandige visie hebben op de wereld om hen heen en daarin verantwoordelijke keuzes maken. Het kind leren zelf te leren en te doen. Het bevorderen van de zelfstandigheid.
Werkwijze: Het kind heeft de vrijheid om werk te kiezen dat aansluit bij zijn belevingswereld en niveau, in vrijheid ontdekkingen doen en daarmee de ontwikkeling van zijn gehele persoonlijkheid stimuleren. De leerlingen doorloopt de fases van geholpen worden, zelf kunnen en anderen helpen.

Voorwaarde: Het kind heeft een structuur nodig waarin hij wordt gezien en die hem richting geeft.

Uitwerking van deze structuur, in trapmodel eerste, brede verkenning.

Bouwstenen voor vrijheid
Vrijheid gericht op een optimale afstemming op individuele (leer)behoeftes van de leerling.

Externe regulatie[1]
Onpersoonlijk
georiënteerd
Regulatie door identificatie
Controlgeoriënteerd
Intrinsieke regulatie
Autonomiegeoriënteerd
Remember - apply[2]
Remember- Apply-Understand - analyse
Remember – Apply- Understand – Analyse - Evaluate – Create
Summatieve toetsing[3]
Normgericht
Formatieve toetsing
Criteriumgericht
Duurzame toetsing
Ipsatief
Sturend rol leerkracht
Begeleidend rol leerkracht
Coachende rol leerkracht

Kennis, vaardigheden en attituden van de leerkracht t.o.v. vrijheid

Kennis van de einddoelen voor eigen jaargroep / bouw.
Kennis van tussen en einddoelen en ontwikkelingslijnen voor eigen bouw.
Kennis van tussen en einddoelen en ontwikkelingslijnen bouwoverstijgend.
Kennis van strategieën jaargroep / bouw
Kennis van strategieën voor en nakomende bouw.
Kennis van strategieën en plaatsing in de ontwikkelingslijn.
Gericht op reproduceerbaarheid van kennis en vaardigheden.
Gericht op produceerbaarheid van kennis en vaardigheden.
Gericht op reproduceerbaarheid, produceerbaarheid, conceptueel begrip en creatief / innovatief gebruik van kennis en vaardigheden.
Norm is leidend.
Competenties zijn leidend.
Persoonlijke ontwikkeling is leidend.
Assessment of learning.
Assessment of en as learning.
Assessment of, as en for learning.

Factoren voor de leerling t.o.v. vrijheid

Werkt aan de hand van algemeen opgestelde doelen

Werkt aan de hand van gepersonaliseerde algemeen opgestelde doelen.
Werkt aan de hand van persoonlijk opgestelde doelen.
Waardetoekennig is extrinsiek. Geen inzicht.
Waardetoekenning is verpersoonlijkt. Op basis van aannames.
Waardetoekenning is intrinsiek. Op basis van verwachtingen.
Toepasbaarheid is niet zichtbaar voor leerling.
Toepasbaarheid is direct voor de leerling.
Toepasbaarheid is vakoverstijgend voor de leerling.
Assessment is afhankelijk van de leerkracht.
Assessment door de leerling gericht op het product.
Assessment door de leerling, gericht op het product, proces en de persoon.
Toepassen.
Toepassen en inzicht.
Toepassen, inzicht en conceptueel begrip.
Planning door de leerkracht.
Planning in samenspraak met de leerkracht.
Eigen planning.

 

 

 




[1] Indeling gebaseerd op Zelf determination theory van Deci en Ryan.
[2] Indeling gebaseerd op Taxonomie van Bloom.
[3] Sluijsmans, D. Joosten-ten Brinke, D. (2012). Beoordelen van Leren

Ontwerpproces tot nu toe

Net voor LA2.9 "de laatste loodjes" wil ik reflecteren op mijn ontwerpproces tot nu toe.

Waar sta ik nu in het proces?
  • Goede focus op de ontwikkelingsbehoefte van de school, innovatie behoefte richt zich op "beleid op vrijheid", met de leerkracht als belangrijkste component.
  • Een uitgewerkt trapmodel met daarin indicatoren die de vrijheid voor de leerling mogelijk maken.
  • Een uitgewerkt generiek model met daarin stadia binnen de ontwikkeling van de leerling, het 4V-model. Gericht op het geven van (in)zicht op de ontwikkeling van de leerling.
  • Een uitgewerkt model voor de ontwikkeling van doorlopende leerlijnen schoolbreed, gebaseerd op het 4V-model.
Mijn curriculum analyse bracht een discrepantie aan het licht tussen onze visie en missie en de uitvoering daarvan in het onderwijs aan de leerlingen op het punt vrijheid. Daar lag ontwikkelingsruimte. Op het domein rekenen kwam deze discrepantie het duidelijkst aan het licht daar wij uitgaan van methode onafhankelijk onderwijs.

Mijn ontwerpproces is pas echt gaan lopen toen ik de klassen ben ingegaan om te kijken wat er speelt en met de leerkrachten ben gaan praten over hoe zij het rekenen zien en wat zij nodig hebben. Dit gaf waardevolle input.
Na het ontwikkelen van een eerste prototype van een model ben ik terug naar de leerkrachten gegaan om feedback te vragen. Er kwam positieve feedback. Een leerkracht formuleerde het als: Ik wist niet wat ik miste, maar nu ik dit zie weet ik dat dit het was! Mooie woorden.
Nu zit ik in de fase dat in mijn ontwerp en ontwerpproces met de directie ga doornemen en presenteren.

Blogbericht aangevuld op 8-4-2016:
Ik heb mijn producten nu ontwikkeld tot het punt van doorgeven. Kijkend naar mijn doelbepaling ligt mijn focus op het opbouwen van kennis en inzicht van de leerkracht in de rekenwiskundige ontwikkeling van de leerling.
Daarvoor is het nodig dat mijn leerteam zelf die kennis opbouwt. Geheel volgens de fases van het 4V-model. Dus zelf kennis verwerven, verwerken, vervullen en verwerven. Nu zit mijn ontwerpproces er dus voorlopig op. Als kartrekker ga ik met mijn leerteam aan de gang en hoop ik hen tot autonoom en zelfregulerend leren aan de zetten. Ik bied begeleiding in de vorm van scaffolding! niet in de vorm van sturing (zie doelbepaling!). Pas wanneer het zelf geleerd wordt is de kennis krachtig en komt men tot diep leren.

maandag 21 maart 2016

Het na-effect van mijn pitch

Yes, I did my Pitch.

En zoals gewoonlijk kom ik vooral na mijn nerveuze pitch pas in mijn element wanneer ik mag gaan vertellen over waar ik mee bezig ben en waar ik enthousiast over ben.

Van Denise heb ik waardevolle feedback gehad over dat moment:
Vergeet niet dat je feedback wil krijgen. Geef niet op iedere vraag een antwoord of invulling maar vraag door. Door hoor je veel meer.

(klopt!!!)

Voor een volledig feedback-up-forward verslag kun je de onderstaande link gebruiken:
http://1drv.ms/1RvFeWu

Ook een link naar mijn ppt met notities:
http://1drv.ms/1ZlxIxq
http://1drv.ms/1ZlxIxq


Welke actie punten neem ik mee vanuit de feedback en de nabespreking?

  • Maak een koppeling tussen de vrijheid voor de leerlingen en de de meerwaarde van zelfgereguleerd leren (metacognitie). Dat gaat lukken, mijn visiestuk ging hierover!
  • Onderzoek hoe je kinderen laat reflecteren op waar ze zelf staan in het onderwijsleerproces (op welke trede). Hoe maken ze optimaal gebruik van die inzichten en hun vrijheid om te leren.
  • Hoe verwerk je scaffolding in je modellen?
  • Mijn V-4 model: onderbouwen vanuit empiri.
  • Hoe stimuleer je het team om mee te herontwerpen?
  • Assessment for / as / of learning, de praktische invulling. Maak een doorkijkje.
Allemaal actiepunten waar ik energie van krijg. Gelukkig heb ik een paar dagen vrij en kan ik ermee aan de slag!

Het vooreffect van mijn pitch

Jawel, ondanks alle stress en een last minute (maar terechte) wissel van mijn focus voor mijn herontwerp, IK HEB MIJN PITCH GEGEVEN.
En nu pas weet ik waarom een pitch een krachtig instrument is. Voor mij ligt de grootste kracht niet eens in het moment zelf, maar juist daarvoor tijdens het schrijven van de pitch.
Want wanneer je maar 2 minuten mag gebruiken en je wil daar ook slides aan toevoegen, dan gaat ieder woord en ieder beeld pas tellen. en dan..... dan ga je pas echt scherp redeneren. En in mijn geval merk je dan dat je teveel woorden moet gebruiken om te zeggen wat je bedoelt. En misschien is het dan niet wat je hoort te zeggen.
Het kostte mij zoveel moeite om te formuleren en onderbouwen wat ik wil dat ik nog maar een keertje om mijn ontwerpideetje, doelbepaling en curriculum analyse ben gelopen. Waar ligt nu echt de energie tot herontwikkeling?

Nou.... bij de leerkracht! Ik richt me op vrijheid voor de leerling maar dat begint bij de leerkracht, degene die vrijheid ruimte moet bieden.

En wanneer bied je vrijheid? Wanneer je vertrouwen hebt. Om in mijn toetsmetafoor te blijven (zie eerdere blogpost) ik laat mijn kind pas los rondlopen wanneer ik op bekend terrein ben en weet wat ik kan verwachten en daarop kan anticiperen. En deze verwachtingen en bekendheid komen vanuit kennis. Pas dan geef ik vrijheid.

Door het werken aan mijn pitch kwam ik tot een betere focus en staat nu alles beter met elkaar in verband!



dinsdag 8 maart 2016

Curriculum analyse A / B / C

La2 staat in het teken van het ontwerpen van onderwijs, het uitdagend ontwerpen. Om te komen tot een goed en succesvol implementeerbaar herontwerp van het onderwijs, is het van belang eerst het huidige onderwijs goed onder de loep te nemen en grondig te analyseren. Goed kijken naar wat willen we doen, wat doen we al, wat is de opbrengst daarvan, etc, etc.

Stap 1 in dit (her)ontwerpproces is de curriculum analyse.

Het curriculum wordt geanalyseerd aan de hand van het model van den Akker (2003), het curriculaire spinnenweb.
Curr_spinnenweb_met_vragen_klein.jpg
Figuur 1: Het curriculaire spinnenweb


In het spinnenweb staat de visie op het leren en de missie van de school centraal. Vanuit dit centrale punt worden de 9 draden van het curriculum uitgezet naar de andere leerplanaspecten. In een uitgebalanceerd curriculum staat al deze draden met elkaar in verbinding en is er een goede samenhang.

basisvisie
·   Wat is het motief voor deze les(senreeks)?
·   Vanuit welke vakontwikkelingen of pedagogisch-didactische visie is de les(senreeks) opgezet?
leerdoelen
·   Wat moet er met de opdracht of les worden bereikt?
·   Wat kunnen leerlingen na de opdracht of les wat hun nu niet nog niet (voldoende) lukt?
·   Wat kan of moet er aan het eind van de opdracht of les worden getoetst?
leerinhouden
·   Wat leren leerlingen van de les(senreeks)?
·   Gaat het om vakinhouden, om (vak)vaardigheden of attitudes?
leeractiviteiten
·   Hoe leren en werken de leerlingen gedurende de opdracht of les?
·   Welk gedrag of welke activiteiten laten zij zien?
docentrollen
·   Wat is de rol van de docent bij de les(senreeks)?
·   En die van eventuele anderen (bijvoorbeeld toa's, mentoren)?
leerbronnen en leermiddelen
·   Welke middelen heb je nodig voor je les(senreeks) ?
·   In welke vorm: digitaal (elo?), papier?
groeperingsvorm
·   Leren leerlingen in groepjes?
·   Hoe groot is de totale groep leerlingen?En de groepjes?
·   Hoe en door wie is de groep samengesteld? En de groepjes?
tijd
·   Wanneer vindt de les(senreeks) plaats?
·   Hoeveel tijd beslaat de les(senreeks)?
·   Wat betekent dit voor de inroostering en de planning?
plaats
·   Waar leren de leerlingen gedurende de les(senreeks)?
·   Binnen of ook buiten de school?
·   Indien ook op school: in welke lokalen?
beoordeling
·   Hoe wordt getoetst wat de leerlingen hebben geleerd?
·   Schriftelijk, mondeling, via een onderzoeks- of ontwerpopdracht, een practicumtoets, een presentatie?


De invulling van het leerplan / curriculum gebeurt op verschillende niveaus, van supra tot nano, van internationaal tot de individuele leerling.



leerplanniveau:

bereik:

betrokkenen:

leerplanproducten:

supra

internationaal

de Europese Commissie

·  EC-afspraken m.b.t. voortijdig schoolverlaten en levenslang leren

·  het Europees Referentiekader voor de moderne vreemde talen

macro

het nationale onderwijsstelsel

het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen

·  kerndoelen

·  eindtermen

·  examenprogramma's

·  eindexamenopgaven

meso

·  de school

·  de opleiding

·  het vak op school

de schoolleiding

het onderwijsteam

de vaksectie

·  het schoolbeleidsplan

·  het opleidingsprogramma

·  het vakleerplan

·  het programma van toetsing en afsluiting

micro

·  het leerjaar

·  het vak op school

·  de projecten

·   de lessen

·  de sectie

·  het onderwijsteam

·  de docent

·  de klas/groep

·  het onderwijsprogramma

·  de leergang

·  de methode

·  lessen

·  onderwijsmaterialen

·  toetsen

nano

de individuele leerling

·  het onderwijs/zorgteam

·  de docent

·  de leerling

·  het persoonlijke leerplan

·  het individuele leer(werk)traject
Bron: website SLO

Deze informatie is verwerkt en gebruikt tijdens mijn analyse van het curriculum van Montessori bs. De Elzen. Daarbij zijn de volgende stappen gevolgd:

Analyse deel A:
Stap 1 Verzamel zoveel mogelijk curriculum documenten.
Stap 2 Beschrijf het curriculum van jouw school en becommentarieer de kwaliteit ervan. Gebruik daarbij het spinnenwebmodel en de 3 niveaus: intended, implemented en attained. Werk het curriculum uit op de niveaus macro, meso en micro. Benoem de discrepanties.

Link naar op basis van feedback aangepaste curriculum analyse A.

Analyse deel B:
Stap 3 Oriëntatie op de einddoelen, referentieniveaus en 21st century skills.
Stap 4 Analyseer de opbouw  het curriculum van de school aan de hand van de volgende vragen;
  1. Welke leerlijnen / leerdoelen herken je?
  2. Naar welke leerdoelen leiden deze lijnen?
  3. Welke integratie of samenhang van leerdoelen zie je?
  4. Hoe komen deze leerdoelen in het primair proces van de groep / leerjaren terug?
  5. Welke sterke punten herken je, wat zijn de zwakkere punten?

Link naar: Curriculum analyse B

Analyse deel C:
Stap 5 Visualiseer analyse deel A en B.
Link naar: curriculum analyse C (Prezi)

https://prezi.com/yz7f7qhqljoi/curriculum-analyse/#